Vergoeding van vitamine D uit het basispakket. Gelijkwaardigheid van voedingssupplementen en betaalbare alternatieven.
Het Zorginstituut wil medicatie waarvan gelijkwaardige voedingssupplementen verkrijgbaar zijn in de vrije verkoop niet vergoeden vanuit het basispakket. Zorgkosten worden hiermee dus bespaard.
Vitamine D met een hoge concentratie verdwijnt uit het basispakket
In verschillende media viel te lezen dat ongeveer 1,5 miljoen Nederlanders op recept vitamine D krijgen voorgeschreven. Dit kwam recentelijk in de media omdat het Zorginstituut een kostenbesparing kan realiseren van ongeveer 120 miljoen euro op het moment dat vitamine D geneesmiddelen uit het GVS (geneesmiddelenvergoedingssysteem) worden gehaald. De mensen die vitamine D voedingssupplementen gebruiken zouden deze dan via de drogist moeten kopen en zelf gaan betalen.
‘’Vitamine D werkt’’, aldus Sjaak Wijma, bestuursvoorzitter van het Zorginstituut. Het geld dat echter aan de zorg besteed kan worden is niet oneindig. Lastige keuzes moeten hierdoor gemaakt worden. ‘’Het is niet nodig deze zorg te verzekeren als mensen deze uit eigen zak kunnen betalen’’, aldus Wijma. Deze wijziging zal niet eerder dan begin 2023 gaan plaatsvinden is de verwachting.
Als er gelijkwaardige supplementen beschikbaar zijn, is er geen vergoeding voor het geneesmiddel.
Vitamine D geneesmiddelen met een lage concentratie verdwenen in 2019 al uit het basispakket. De verwachtte kostenbesparing in de zorg kwam echter niet uit met deze wijziging. Geneesmiddelen met een hogere concentratie vitamine D welke wel deel uit maakte van het basispakket werden namelijk nog steeds voorgeschreven aldus onderzoek uit 2020.
Als er van geneesmiddelen in de vrije markt een vergelijkbaar middel te koop is, wordt het niet meer vergoed vanuit het basispakket, aldus het Zorginstituut in 2016. Omdat de supplementen tegen een marktconforme prijs te koop zijn, vond het Zorginstituut het niet meer noodzakelijk om de gelijkwaardige geneesmiddelen te vergoeden.
Huisarts en de consument worden verantwoordelijk
De kostenbesparing is de reden voor deze algehele verschuiving. Welk middel met welke dosering gebruikt moet worden wordt nu in overleg bepaald tussen de patiënt en de huisarts. De dosering die de huisarts aanschrijft gaat boven de aanbevolen dagelijkse dosering die op het etiket staat. In overleg wordt ook de duur van de therapie bepaald.
Bij een dagelijkse dosering van 20 microgram vitamine D kost suppletie per persoon 7,30 euro per jaar volgens berekeningen van het Zorginstituut. Gemiddeld kosten geneesmiddelen met vitamine D circa 79 euro per persoon per jaar als deze vergoed zouden worden uit het basispakket. Door de kosten van aflevering en omdat het middel duurder is komt het uit op deze prijs. Bij de gemeente kan een bijzondere bijstand worden aangevraagd op het moment als mensen deze kosten niet kunnen betalen. Per gemeente kan dit echter wel verschillen.
Lees meer over: Vitamine D kopen
Wat nou als ik aanvullend verzekerd ben?
Als je een aanvullende zorgverzekering hebt is het aan te raden eerst goed je polis door te lezen. Alternatieve genezingsmethoden zoals bijvoorbeeld orthomoleculaire geneeskunde en homeopathie vallen inmiddels meestal onder de vergoeding.
Therapietrouw is belangrijk
Therapietrouw is essentieel als een zorgverlener verteld dat vitamine D supplementen nodig zijn. Als mensen supplementen zelf moeten gaan kopen kan dit gevolgen hebben voor de therapietrouw.
NPN, de branchevereniging voor voedingssupplementen ziet dan ook graag dat op het moment dat suppletie een onderdeel is van een behandeling, dat deze dan ook door de zorgverzekeraar worden vergoed. Therapietrouw wordt hiermee verhoogd en zorgt op de lange termijn voor minder gezondheidsproblemen. Kostenbesparing kan gerealiseerd worden op het moment dat suppletie wordt ingezet in plaats van geneesmiddelen en als deze vergoed worden.